Events

Nieuwsbrief

Inloggen

a

Menu

Herziene richtlijn Astma bij Kinderen

Herziene Richtlijn Astma bij Kinderen

Op 30 oktober 2024 zijn vijf modules van de richtlijn Astma bij kinderen herzien. Deze updates zijn gebaseerd op de nieuwste wetenschappelijke inzichten en bieden zorgverleners in de tweede lijn handvatten voor de diagnostiek en behandeling van (acuut) astma bij kinderen tot 18 jaar. Voor kinderverpleegkundigen is het belangrijk om op de hoogte te zijn van deze veranderingen, zodat we kinderen met astma optimale zorg kunnen bieden.

Waarom de herziene richtlijn?

Astma treft ongeveer 5 tot 10 procent van de Nederlandse kinderen, en acute astma-aanvallen komen regelmatig voor. Een acute astma-aanval, in de richtlijn ook wel ‘longaanval’ genoemd, is een plotselinge toename van klachten die niet op medicatie reageert. Dit kan ernstig zijn en vraagt om een directe, effectieve aanpak. Het herzien van de richtlijn betekent dat we nu beter onderbouwde methoden en behandelingen kunnen aanbieden aan kinderen met astma en hun gezinnen.

Wat is er gewijzigd? De vijf herziene modules

De richtlijn heeft vijf modules herzien om de zorgverlening te verbeteren. De belangrijkste wijzigingen zijn:

      • Rol van FeNO in diagnostiek en behandeling
        De waarde van het meten van FeNO (fractie van stikstofmonoxide) in de uitademingslucht wordt besproken. Uit de herziene richtlijn blijkt dat FeNO-metingen niet geschikt zijn om de diagnose astma bij kinderen vast te stellen, maar wel kunnen helpen bij het aanpassen van de behandeling.
      • Gebruik van ICS en LTRA bij jonge kinderen
        De richtlijn benadrukt dat er onvoldoende bewijs is voor de effectiviteit van inhalatiecorticosteroïden (ICS) of leukotrieenreceptorantagonisten (LTRA) bij kinderen jonger dan zes jaar. Dit vraagt om een kritische afweging bij het voorschrijven van deze medicatie voor jongere kinderen.
      • Plaats van immunotherapie bij allergische astma
        Immunotherapie (subcutane en sublinguale immunotherapie) kan overwogen worden bij kinderen met allergische astma, maar de effectiviteit is niet sterk bewezen. Dit benadrukt het belang van een zorgvuldige afweging, samen met het kind en de ouders, waarbij voordelen, mogelijke bijwerkingen en therapietrouw besproken worden.
      • FeNO voor het titreren van de behandeling
        Bij het aanpassen van de astmabehandeling kan FeNO gebruikt worden om de effectiviteit te monitoren en de therapie te optimaliseren, hoewel het beperkt bruikbaar is in de diagnostische fase.
      • Toedieningsvorm bij longaanval: voorzetkamer of vernevelaar
        Bij een longaanval astma is het advies om medicatie toe te dienen via een voorzetkamer. Als een kind ernstig benauwd is of onvoldoende reageert op puffen, kan verneveling een optie zijn.

Samenwerking en financiering
De herziening van deze richtlijn is een initiatief van de Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde (NVK) en is tot stand gekomen in samenwerking met huisartsen (NHG), verpleegkundigen en verzorgenden (V&VN), het Longfonds, de astmaVereniging Nederland en Stichting Davos. De herziening is gefinancierd door de Stichting Kwaliteitsgelden Medisch Specialisten (SKMS).

Wat betekent dit voor kinderverpleegkundigen?

Met deze herziene richtlijn hebben wij als kinderverpleegkundigen de meest actuele kennis in handen voor de zorg van kinderen met astma. Het biedt ons inzicht in verbeterde diagnostiek en effectievere behandelingsopties, wat de kwaliteit van leven van deze jonge patiënten kan verbeteren. Ook geeft de richtlijn duidelijkheid over het belang van communicatie met ouders en het gezamenlijk beslissen over behandelingen, vooral bij keuzes zoals immunotherapie.

Bij een longaanval moeten we nu standaard werken met een voorzetkamer en verneveling als optie overwegen bij ernstige benauwdheid. Dit kan ons helpen om met meer precisie en rust te handelen tijdens een acute situatie.

De herziene richtlijn Astma bij kinderen biedt ons de kennis om onze zorg verder te verbeteren en kinderen met astma beter te ondersteunen in hun dagelijks leven.

Bron: FMS